Beeldfontein
Voor wie gevangen in zijn goed
de dagen slijt als doodnormaal
schiep u een ware beeldenvloed,
spreekt u tot mij in klare taal.
Dan zwieren wolken in een wals
zo sierlijk traag, zo uitgewaaid;
de nacht draagt sterren in haar hals
het morgenlicht wordt breed gezaaid.
Voor wie verloren in zoveel
zo zelden een bijzonder ding
gewaar wordt als een onderdeel
bedacht u de verwondering.
Dan wijzen bomen naar omhoog,
is bloesem huiswerk van uw licht;
het onweer wenkt de regenboog
als een beslissend nieuwsbericht.
Voor wie herboren ziet wat is
belicht de dauw wie u wilt zijn.
Bevrijd uit een gevangenis
leef ik onder uw beeldfontein.
Dan voedt een brood mijn hele dag,
ben ik gezien in mijn verdriet,
zingt ieder kind op hoog gezag
en past mijn leven in dat lied.
Michiel de Zeeuw